Ook al staat Club Brugge autoritair aan de kop van het klassement, de ploeg van Philippe Clement swingt niet meer zoals voorheen. Clement zag zondag tegen Anderlecht zijn tactisch plannetje met Odilon Kossounou in het water vallen, en ook de correctie met Mats Rits bracht niet meteen beterschap. “Wel met de rest van de ploeg die beter zijn taken vervulde”, verklaarde de coach na afloop.
EFFECT GEMIST
Club Brugge bleef zondagavond steken op een 2-2 gelijkspel tegen RSC Anderlecht. Alhoewel, blijven steken. Sporting was zeker niet de mindere van Club, en het verschil tussen beide teams was niet meer zo groot zoals enkele maanden geleden. Club kon zondag geen versnelling hoger schakelen dan Anderlecht en enkele spelers vielen zelfs uit de boot. Matej Mitrovic maakte bijvoorbeeld geen al te beste beurt als vervanger van de geschorste Clinton Mata. Maar ook Odilon Kossounou werkte niet zijn beste wedstrijd af in het blauw-zwarte shirt van Club.
't Was sowieso al opvallend dat Odilon Kossounou zondag de voorkeur kreeg op Mats Rits als nummer zes voor de verdediging. Philippe Clement wilde met de Ivoriaan de nodige fysieke en defensieve (man)dekking doorvoeren om op die manier succesvol te kunnen anticiperen op de tegenaanval van Anderlecht. Maar die opzet was echter niet vruchtbaar. Clement moest vaststellen dat Anderlecht zich gemakkelijk onder die strategie uit kon voetballen, vooral dankzij de intensiteit, beweging en voetballend vermogen bij de ploeg van Vincent Kompany. Op die manier miste de opvallende beslissing om Kossounou te zetten op de nummer zes volledig zijn effect.
Odilon Kossounou is van nature een centrale verdediger, maar dit seizoen speelde hij al meermaals op die ongebruikelijke positie van nummer zes. Tegen Anderlecht was het veruit zijn minste prestatie als verdedigende middenvelder, en zodoende lijkt Philippe Clement dit experiment niet gauw meer te herhalen. Bovendien werkt Mats Rits nochtans een prima seizoen af op die positie, wat alleen nog meer vragen doet oproepen over die vreemde keuze van Clement. Ludo Vandewalle, chef voetbal bij Het Nieuwsblad, kan het zich zelfs niet voorstellen dat Rits komende vrijdag tegen Genk niet zal starten op de nummer zes.
RITS-KOSSOUNOU
Odilon Kossounou viel zondag op in een negatieve zin door een matige passing en gebrek aan overzicht. Bovendien won de Ivoriaan ook bitter weinig duels en was hij opvallend onsuccesvol in zijn defensieve acties. Pas na 56 minuten op de klok verloste Philippe Clement hem uit zijn lijden en kwam Mats Rits in de ploeg voor Kossounou. In de tweede helft begon de motor van Club Brugge eindelijk beter te draaien, er werd vooral meer actiever gespeeld, maar dat had echter niet veel te maken met de inbreng van Rits.
“Het klopt dat het laatste gedeelte van de match (toen Rits was ingevallen, red.) beter was,” gaf Clement toe na de match. “Maar dat was in het begin van de tweede helft ook al zo.” Klopt. Bovendien deelde Philippe Clement mee dat hij Kossounou niet naar de kant haalde omdat de Ivoriaan niet naar behoren presteerde. De coach van Club Brugge had het echter over een blessure, eentje waarover Clement verder op de vlakte bleef. Mysterieus allemaal. “Dat had niets met Kossounou te maken. Wel met de rest van de ploeg die beter zijn taken vervulde. Helaas moest ik hem vervangen omdat hij een blessure opliep.”
Opvallend genoeg was de meerwaarde van Mats Rits in zijn 41 speelminuten tegen Anderlecht (blessuretijd incluis) zelfs nog beperkter dan die van de tegenvallende Odilon Kossounou in 56 minuten tijd. Rits (67%) passte namelijk aan een belazerde accuraatheid, terwijl Kossounou (88%) toch meer secuur was met de bal aan de voet. Daarnaast leed Rits ook meer balverlies dan zijn ploegmaat – het moet wel gezegd dat Kossounou's balverliezen meestal grotere gevolgen kende - en was Rits ook minder succesvol in zijn aangegane duels. Enkel in de defensieve duels scoorde Rits iets beter dan Kossounou. De betere collectieve prestatie van Club Brugge in de tweede speelhelft kwam er dus zeker niet door Kossounou, maar ook niet door de ingevallen Rits. Of hoe Vincent Kompany in de specifieke ruimte van het veld zijn collega Philippe Clement aftroefde, zelfs na een doorgevoerde correctie van zijn collega.
